Soms meer dan 400 voertuigen per uur in een gewone buurtstraat als de Tuinwijklaan
De laatste jaren is er veel meer verkeer in de Sint-Denijslaan tussen de Voskenslaan en de R4. Ook de woonwijk tussen de Voskenslaan en de Kortrijksesteenweg krijgt veel meer verkeer te slikken. Hiervoor zijn verschillende oorzaken: 1/ het afsluiten van de tunnel Voskenslaan-Maria Hendrikaplein die beide zijden van het station met elkaar verbond; 2/ de aanleg van de Vaerewijckweg (af/oprit R4) die onze buurt rechtstreeks toegankelijk heeft gemaakt vanop de ring; 3/ de nieuwe parking bij het Sint-Pietersstation die enkel bereikbaar is via de Vaerewijckweg en de
Sint-Denijslaan. Deze parking, de grootste ondergrondse parking van de Benelux, trekt heel wat extra autoverkeer aan naar onze woonbuurt; 4/ door de werken aan de Sterre vermijden heel wat autobestuurders de Sterre en zoeken ze alternatieve routes doorheen onze woonbuurt.
Onze werkgroep houdt zelf statistieken bij van het verkeer door onze buurt. We doen dit bv voor de Tuinwijklaan, een gewone buurtstraat met zowel jonge gezinnen als ouderen. De laatste meting van 11 oktober (zie grafiek) toont dat er soms meer dan 400 voertuigen per uur door deze straat rijden. Dit betekent een continue stroom van 1 voertuig per 9 seconden! In totaal reden er die dag 4.200 voertuigen door de Tuinwijklaan. Hiermee overstijgen we de capaciteit van een normale woonstraat ruimschoots.
In de toekomst wordt er nog veel meer verkeer verwacht eenmaal de gebouwen aan het St-Pietersstation effectief in gebruik worden genomen. Zo zullen binnenkort 1.200 ambtenaren hun intrek nemen in de Loveling toren (zie artikel Het Nieuwsblad), en dan hebben we het nog niet over de Sky torens. Ook andere verdichtingsprojecten (zoals het project van de Redemptoristen) zullen heel wat bijkomend verkeer naar onze nu al zeer dichtbevolkte woonwijk aantrekken. We dringen met onze werkgroep dan ook aan op structurele maatregelen om de verkeersoverlast in onze wijk te verminderen. We streven naar acties op korte termijn, meer bepaald na het voltooien van de werken aan de Sterre in het voorjaar van 2014.
